Het recht om vergeten te worden – the right to be forgotten – is een uitbreiding van het recht op verwijdering en is nieuw onder de AVG. Wat houdt het precies in? Wanneer heb je “recht om vergeten te worden”? Als je wilt dat je persoonsgegevens verwijderd worden – en daarmee dus niet langer worden verwerkt -, dan kan dat in de volgende gevallen:

  • Als je persoonsgegevens onrechtmatig worden verwerkt;
  • Als er een wettelijke verplichting is om de persoonsgegevens te verwijderen;
  • De persoonsgegevens zijn niet langer meer nodig voor de doeleinden waarvoor ze gebruikt worden;
  • Je trekt je toestemming in;
  • Je maakt bezwaar tegen de verwerking, en de verantwoordelijke heeft geen belangen die zwaarder wegen dan
  • De gegevens worden uitsluitend voor direct-marketing doeleinden verwerkt
  • Data is verzameld in relatie tot diensten aan kinderen jonger dan 16 jaar.

Het recht om vergeten te worden gaat verder dan verwijdering. Als een dergelijk verzoek ingediend wordt heeft een verantwoordelijke de taak om ook anderen te laten weten dat de betrokkene wil dat iedere koppeling naar of kopie van de gegevens gewist wordt. Uitzonderingen op recht om vergeten te worden Er zijn echter wel enkele uitzonderingen op het recht op verwijdering van gegevens en het recht om vergeten te worden, namelijk:

  • In verband met het recht op vrijheid van meningsuiting en informatie;
  • Om een wettelijke verplichting na te komen, een taak van algemeen belang te vervullen of openbaar gezag uit te oefenen;
  • In het belang van de volksgezondheid;
  • Voor archivering, onderzoek of statistiek;
  • In verband met een rechtszaak.

Voor meer informatie zie hier.